Het was gezellig druk deze week in Faranghe! Als de bouwvakkers je s’ morgens al om 7.00 wekken en je wat onderzoekend aankijken was het misschien wel een te gezellig avond. Bij ons zestal (bijna) veertigers kwam het bericht van het overlijden van Jos Brink hard aan. En we vroegen ons af hoe het nu gaat met Ted de Braak.

Niet dat er niks gebeurd is, nee juist veel. Er is een wandelroute op maat gemaakt naar het dorp door Rob en Elly. Een mooie route langs Mariabeeldjes, karrenpaden, roze huizen en een huppelende jonge stier. Deze route is speciaal voor de autolozen die wel willen aanbieden om zelf brood te halen. Deze route is kritisch getest en goed bevonden door Wendy en Mieke met Elly in hun kielzog. De dorpelingen vonden het ook errug gezellig van die wandelende meiden en ze werden regelmatig met een praatje begroet. Zo werden ze, toen het begon te regenen en ze een teststukkie te ver liepen, opgepikt achter in de open laadbak van een Api. U kent dat wel zo’n driewielerig vrachtautootje. Enige noemenswaardige tip die hier uit voort komt is: bewaar uw mobieltje niet midden op het asfalt want het kan zomaar zijn dat die ene auto er overheen rijdt. Guido vond het hier ook echt gezellig, getuige daarvan is bijgaande foto. Hij heeft zijn manier gevonden om opgekropte frustraties te verwerken, dit natuurlijk onder de proffesionele begeleiding van de witte meneer. Het varkenskot heeft deze vorm van zelfexpressie niet overleefd.

Roberto, onze buurman, heeft de moestuin omgeploegd met een ploegijzer van zeker anderhalve meter. Tot zijn grote genoegen meldde hij daarbij dat dat met onze Bep nooit zou zijn gelukt. Met even veel plezier overhandigde hij ons een doos van zijn betere wijn met de boodschap voor tui amici. Rare jongens, die Romeinen.

Op woensdag liep het huis leeg. In de vroegte van half zeven startte er een volksverhuizing waar de eerder genoemde bouwvakkers van onder de indruk waren. Guido en Wendy vertrokken richting Verona en hebben op de route Rob en Elly op de trein gezet richting Rome. Uitzwaaien en terug naar bed om bij te slapen zou u zeggen, niets van dat. Om half acht ging de telefoon. Het was de chauffeur van ons verhuisbedrijf. Hij was bijna bij Metalica (spreek uit als meet-tal-lika). Vijf minuten later weer telefoon. Sonia belt dat de gru (kraan), die onze container van de vrachtwagen af moet takelen, onderweg is. Wij naar beneden, onze heuvel af, om de chauffeurs de weg te wijzen. Michel had over dit moment al twee maanden buikpijn en lustte van de weeromstuit geen koffie meer. Hij vond het rijden met de caravan over onze toegangsweg al spannend (lees weblog mei 2007) Hij was dus bijzonder onzeker of deze enorme vrachtwagens de weg naar het huis zouden kunnen voltooien. De eerste geruststelling was de ontmoeting met de kraan. Het betrof hier een uitschuifmodel maatje compact die op deze plattelandswegen was voorbereid. Nou de Hollandse chauffeur van de container nog naar beneden loodsen. Michel mompelde bij iedere bocht iets van: kom op je kan het, nog maar twee bochten te gaan. En nu kunnen ze pas terugrijden als ze omkeren op ons terrein. Verder zat hier trouwens niemand mee. Die chauffeurs konden manouvreren op de vierkante centimeter. Toen Michel voorstelde om het laatste stuk te lopen om de plaats van bestemming te verkennen werd er zwaar gezucht. Op de vraag of de plek possibele was, werd met een kort “tuurlijk” en naturlemente afgedaan. Wat geiriteerd liepen de heren terug naar hun vrachtwagens in de overtuiging dat lopen volstrekt onzinnig is sinds de verbrandingsmotor is uitgevonden. Het laatste stuk gingen de vrachtwagens over de onverharde weg naar beneden. Precisie takelen waar een nobelprijs voor hoort te bestaan en onze container staat waar we hem wilden hebben. Staande ovatie, signori.

Over staande ovaties gesproken: Het stucwerk van de achtergevel is klaar en dat in nauwelijks een week. Het ziet er geweldig uit en we zijn direct begonnen met schilderen. Wat knapt het pand daar van op. We hebben de werkers dan ook getracteerd op eten, meer precies een lasagna. Dat lijkt misschien eenvoudig maar als je een italiaan verrast met eten dan heb je wel direct concurrentie van zijn vrouw en erger nog, zijn moeder. Het “hmmmm”, het “ottimo” en het herhaaldelijk opscheppen, heeft Mieke dan ook als een niet gering compliment en met enige opluchting geaccepteerd.

Vandaag zijn we begonnen met de container uitpakken en daaruit het huisraad te halen wat we het meest gemist hebben. Dat was in de eerste plaats de wasmachine want na vier maanden heeft Mieke de buik vol van het op de hand wassen en vooral van het wringen. En natuurlijk de vaatwasser, maar dat is meer uit luiïgheid. De tv hebben we weer teruggezet in de container, want wat moet je met zo’n ding?. Dan nog het verlangen om met de motorfiets door de heuvels te rijden. De motor blijkt toch dieper in de container te staan als gehoopt. Misschien een klusje voor komende week?

<< Terug naar Onze Emigratie